vrijdag 28 mei 2010

Het ventje van zeep




Geen kind in Nederland of het kent minstens een versje of liedje van Annie M.G. Schmidt. Iedere volwassene in mijn omgeving kent er zeker twee. Ook die versjes verdienen aandacht in deze feestweek rondom zowel de geboorte- als de sterfdag van Annie M.G. Schmidt (20 mei 1911– 21 mei 1995).

De bejubelde televisieserie 'Annie M.G.' en de net zo bejubelde biografie 'Anna' van Annejet van der Zijl hebben – voor zover nodig – de belangstelling voor de echte koningin van Nederland en haar oeuvre nieuw leven ingeblazen. En bredere bekendheid gegeven aan haar opvattingen over en ervaringen met doodgaan op verzoek. Maar dat Annie Schmidt al eind jaren vijftig een kinderversje over de verlokkingen van de dood had geschreven, daar kwam ik pas achter toen 'Het ventje van zeep' werd voorgelezen bij een begrafenis. De zoon van de overleden vrouw vertelde dat zijn moeder het hem vroeger voorlas. 'Het gaat over de dood, in kinderlijke beelden', zo zei hij.

Een ventje van zeep – hij lag naast de hazelnootreep – loopt weg uit de winkel van meneer de drogist. Een eendje in de gracht heeft op hem gewacht:

Kom hier in het water,
Kom hier, zei het eendje,
Het is niet zo koud,
Voel maar met je teentje.
Het zeepventje riep:
Ik kom dadelijk bij je.
Hij liet zich heel zachtjes
Het water in glijen.
Maar ventjes van zeep
Horen niet in het water,
Het was een vergissing
Dat bleek even later.
Het ventje van zeep
Loste helemaal op,
Er bleef niets van over
En 't water werd sop.


'Dat het over de dood ging, begreep ik toen natuurlijk niet', vertelde de zoon. Hij las het onlangs zijn stervende moeder voor. 'Aan haar glimlach zag ik heel goed dat zij het begreep.'
Ik begrijp het ook. Leve Annie Schmidt!

Teleblik over de Annie M.G. Schmidtweek

Versjes van Annie

Website over Annie M.G.

Annie M.G. Schmidt over de dood

vrijdag 21 mei 2010

Burgers en participatie - Kan Rotterdam nog zonder?







Hoe bereid ik een cultuurplanadvies? Het recept en de ingrediënten: kunstinstellingen, aandacht voor cultuur, burgers, cultuurbeleid, adviesorgaan, motivatie, een stad, digitaal geoefende inwoners, debatten, vernieuwing en participatie.

Een cultuurplanadvies maak je niet zomaar. Het is het resultaat van een mix van een aantal zorgvuldig gekozen ingrediënten. Een lekker eetbaar advies is pas na ruim twee jaar stomen gaar. Het bereidingsproces is nu nog vaak in handen van deskundige leden van een adviesorgaan, maar binnenkort verandert dat misschien.
De Rotterdamse Raad voor Kunst en Cultuur noemt het cultuurplanproces waardevol, omdat het gemeentebestuur daarmee een effectieve en vergaande invloed kan uitoefenen op de lokale cultuur. Daarnaast worden kunstinstellingen gedwongen na te denken over de wensen van het publiek en hun bijdrage aan de ontwikkeling van stad, regio en land.
Maar, hoe past de burger in dit geheel? Lang niet iedere burger wil voortdurend meepraten over de gemeentelijke beleidsvorming. George Vlug waarschuwt op molblog dat het motiveren van mensen alleen lukt als het doel van de overheid ook het doel van de burger zelf wordt. Welke middelen kan een vernieuwingsgezinde overheid dan inzetten?
De Rotterdamse raad heeft een antwoord. Volgens de raad kan een gemeente cultuurliefhebbers bijeen brengen op een virtueel platform, een consultatiegroep samenstellen, een klanttevredenheidsonderzoek houden, debatten organiseren, een burgerpanel samenstellen of een website bouwen waarop iedereen kan reageren. Maar wat zou George Vlug van deze instrumenten vinden?

De raad kiest er in zijn advies voor representatieve steekproeven onder de bevolking te houden om zo een beeld te krijgen van de voorkeuren van de Rotterdamse burger. Parallel daaraan wil hij graag experimenteren met vormen van directe democratie: een 'min of meer permanent' burgerpanel én daarnaast een actief gemodereerde website.

Met dit advies lijkt Rotterdam voorzichtige stappen te doen richting burgerparticipatie. E-democratie en e-participatie zijn hot! Volgen er binnenkort meer steden die een smakelijk advies samen met burgers durven gaarstomen?

Participatie van burgers in het planproces (Rotterdamse Raad voor Kunst en Cultuur, pdf)

Inburgering van nieuwe media in de lokale politiek en het gemeentelijk beleid? (afstudeerscriptie Universiteit Twente, pdf)

Participatiewijzer Instituut voor Publiek en Politiek (website)

Waarom burgerparticipatie 2.0 niet lukt (Molblog - weblog Marketing Online door George Vlug)

donderdag 13 mei 2010

Meer kunst en cultuur in de school? Doe het zelf!




Filmfragment uit 'School of Rock'. Straks ook lokale rockhelden voor de klas?


De Onderwijsraad wil vooraanstaande, stimulerende personen uit verschillende sectoren, zoals industrie, dienstverlening, media, bestuur, sport, recht, zorg én kunst meer betrekken bij het onderwijs in de stad waar zij werkzaam zijn. De raad spreekt deze plaatselijke voorhoedes aan op hun verantwoordelijkheid iets terug te doen voor het onderwijs. Iedereen heeft uiteindelijk op een bepaald moment in zijn leven te maken (gehad) met onderwijs. Iedereen is dus verantwoordelijk, de scholen zelf én de maatschappij. De raad introduceert hiervoor het begrip 'Maatschappelijk Programma'.

We kennen hiervan natuurlijk al voorbeelden zoals de
IMC-weekendschool of dagjelesgeven.nl en ook de school van mijn veertienjarige zoon – De Nieuwste School in Tilburg - werkt met externe experts uit het bedrijfsleven en met ouders die leerlingen bij hun thematische onderzoekjes willen adviseren. Ik werk er zelf ook aan mee als bestuurslid van de stichting Vrienden van De Nieuwste School.
Mensen van 'buiten', kunstenaars en kunstkenners in de klas, ik weet dat dit voor spannende ervaringen kan zorgen.

Het plan van de Onderwijsraad is goed. Maak meer mensen verantwoordelijk voor de inhoud van het onderwijs en gebruik de kennis en ervaring die er al is. Probeer ook de kwaliteit van de actieve kunstbeoefening in het onderwijs ermee te versterken. En de relaties tussen school en de lokale organisaties voor kunst en cultuur. Het werkt volgens mij nog beter als leerlingen ook hun
maatschappelijke stage in de plaatselijke kunst- en cultuursector doen. Zo'n stage, vanaf 2011 verplicht voor alle scholieren in het voortgezet onderwijs, zou dan gekoppeld moeten worden aan de organisatie van het Maatschappelijk Programma. Er ontstaan door deze stages immers al netwerken en die moet je gebruiken én uitbreiden.

Wat vindt u ervan? Hoe wordt zo'n maatschappelijk programma volgens u het best vormgegeven en wie neemt hierin het voortouw?

Beroepskunstenaars in de klas

Maatschappelijke stage in de kunst- en cultuurwereld

donderdag 6 mei 2010

Holland heeft talent nodig… en daarbij passend beleid

















Ieder mens heeft talenten. De kunst is te ontdekken welke dat zijn en hoe je kunt helpen die verder te ontwikkelen. Sterke punten opsporen en versterken dus! Waarom is dit zo’n topic bij beleidsmakers en in de culturele sector?

Het
Innovatieplatform, in 2003 opgericht om de innovatiekracht van Nederland te versterken, schreef over talentontwikkeling het volgende: 'Het onderwijs legt tot nu toe sterk de nadruk op de ontwikkeling van cognitieve vaardigheden. Creatieve, sportieve of communicatieve vaardigheden krijgen veel minder aandacht. Dit leidt tot onderwijs waarin veel talenten van leerlingen en studenten onvoldoende worden ontwikkeld, waarin leerlingen, studenten en ouders onvoldoende mogelijkheden hebben om het onderwijs te kiezen dat bij hen past…' (Leren excelleren. Talenten maken het verschil, juni 2005). ‘Goede rapporten’, leverde het Innovatieplatform tot nog toe op, aldus econoom Van der Zwan, ‘maar het ontbreekt aan de vertaling in beleid’ (NRC 01 05 2010). Het gekke is dat het platform in zijn laatste rapport 'Nederland 2020, terug in de top 5' geen woord meer besteedt aan kunst en cultuur.

Niet alleen bij beleidmakers staat talentontwikkeling in de belangstelling. Veel jongeren – en ook ouderen - dromen ervan net zo beroemd te worden als hun idolen en willen daarom hun talenten laten zien en ontwikkelen. Zij kunnen daarvoor terecht bij tv-talentenshows van Idols, So you wanna be a popstar, Dancing on ice tot Holland's got talent.

Voor beleidsmakers is talentontwikkeling van belang vanuit het streven naar cultureel burgerschap, cultuurparticipatie, diversiteit en het aanspreken van nieuwe doelgroepen. Recent onderzoek van het SCP bevestigt het vermoeden dat kinderen uit arme gezinnen minder kansen hebben om hun talenten te ontwikkelen. Ongeveer één op de vijf kinderen van vier tot achttien jaar kan door het lage besteedbare inkomen van de ouders, niet of veel minder deelnemen aan bijvoorbeeld toneelles, muziekles of sport. Pas als je ook onder deze toch omvangrijke groep talenten opspoort en ontwikkelt is er sprake van 'maximale ontwikkeling van alle talenten waarover de Nederlandse bevolking beschikt', zoals bepleit door het Innovatieplatform. 'Leren excelleren': dat verdient bij uitstek aandacht om de participatie, integratie en welstand van dit deel van onze bevolking te bevorderen.

Talentontwikkeling is het thema van de Dag van de Cultuureducatie op donderdag 10 juni 2010

De brochure 'Alle kinderen doen mee!' (NISB en Cultuurnetwerk Nederland) laat zien hoe sport en cultuur zijn in te passen in gemeentelijk armoedebeleid.

Sociale uitsluiting bij kinderen: omvang en achtergronden, Roest, A., Lokhorst, A.M. & Vrooman, C. (2010). Den Haag: Sociaal en Cultureel Planbureau.